Natuur & Milieu
Wat zijn de gevolgen van de komst van het XXL distributiecentrum voor de natuur?

De Kleine Dommel
Vlakbij het terrein voor het grote distributiecentrum ligt de ecologische verbindingszone de Kleine Dommel. Dit gebied hoort bij het Brabantse NatuurNetwerk (BNN). Het is belangrijk voor planten, dieren en mensen die er willen ontspannen en recreëren.
Een groot distributiecentrum veroorzaakt veel schade aan dit natuurgebied. Zwaar verkeer veroorzaakt veel licht, geluid en trillingen. Dit maakt het gebied minder aantrekkelijk voor ontspanning en recreatie. De mooie natuur in het gebied rond de Kleine Dommel zal worden verstoord doordat er drie grote, hoge blokkendozen zullen komen te staan die van ver te zien zullen zijn. Dit zorgt voor landschapsvervuiling.

Stikstof
Stikstof in de lucht komt uiteindelijk weer naar beneden, waar het wordt opgenomen door planten of in de bodem of in het (grond)water belandt. Dit proces noemen we depositie. Dit is schadelijk voor de natuur.
Door een uitspraak in december 2024 van de Raad van State is stikstof nog belangrijker geworden. Het was al moeilijk om bij het bouwen aan alle stikstofregels te voldoen. Met deze uitspraak is het nog moeilijker geworden. De provincie Noord-Brabant heeft gezegd voorlopig geen vergunningen af te geven als er stikstofdepositie is op een Natura-2000 gebied zoals bijvoorbeeld de Strabrechtse Heide.
Stikstofdepositie Natura 2000
Inmiddels heeft het burgercomité het bouwplan voor het distributiecentrum doorgerekend met de stikstof-rekentool Aerius. Hieruit komt een zeer stevige stikstofdepositie uit naar voren op de nabijgelegen Natura-2000 gebieden, zoals de Strabrechtse Heide.

Flora & Fauna
De ecologische onderzoeken voor het plan zijn oud en missen belangrijke informatie. Het laatste onderzoek is van augustus 2022. Daarna zijn er bijvoorbeeld kasten voor vleermuizen geplaatst aan de randen van het terrein.
De onderzoeken kijken bovendien niet naar de levenskwaliteit van de dieren die er al zijn. Er is bijvoorbeeld een kerkuil, wiens rustplaats verdwijnt door het grote distributiecentrum. Er wordt een uilentil geplaatst, maar door het verdwijnen van meer dan 30 hectare grasland verdwijnt ook het leefgebied van de prooidieren van de uil. Minder prooidieren betekent dat roofdieren zoals de kerkuil en steenmarter verdwijnen.
Daarnaast zijn er vleermuizen, zoals de gewone dwergvleermuis en de grootoorvleermuis. De dwergvleermuis jaagt op 2 tot 5 meter hoogte, soms tot 15 meter. De grootoorvleermuis jaagt dichtbij vegetatie. Beide soorten worden sterk gehinderd door hoge gebouwen en het verdwijnen van het grasland. Hierdoor zullen ze het in dit gebied niet meer overleven.
Volgen